Britse lobbyist Helder Constantino steunt vraag
om Vlaams centrum voor studie naar alternatieven
voor dierproeven
Alle dierproeven bij de ontwikkeling van commerciële producten moeten worden verboden.
Dat is een eis van Groen! en de Anti Dierproeven Coalitie. Ze willen een verstrenging
van de wetgeving én het opzetten van een Vlaams Kenniscentrum voor Alternatieven
voor Dierproeven. “Daarmee zou Vlaanderen wereldwijd een voorbeeldfunctie krijgen”,
zegt Helder Constantino van het Britse Lord Dowding Fund for Humane Research, een
organisatie die hetzelfde beoogt.
26-11-2009 Primo TV Gids, Belgium
Ondanks alle protesten worden dieren wereldwijd nog steeds op grote schaal gebruikt voor wetenschappelijke experimenten of wat daarvoor moet doorgaan, niet enkel bij onderzoek naar levensbedreigende aandoeningen maar ook bij de ontwikkeling van producten die met fundamenteel onderzoek niets te maken heeft maar alles met cosmetica, tabaksindustrie, huishoudproducten, alcohol en chemicaliën gaande van insecticiden tot kleur- en smaakstoffen.
Bij ons is dat niet anders, zij het dat proeven met cosmetica, tabak en verwanten al verboden zijn. Dat geldt ook voor proeven op mensapen. Alleen voor echt medisch onderzoek, bijvoorbeeld
bij het onderzoek naar medicatie en andere remedies voor ziektes of vormen van ziekmakende vervuiling geldt nog een uitzondering.
Volgens dierenrechtenorganisaties is dat niet voldoende. Vorige week nog pleitten Groen! en de Anti Dierproeven Coalitie ervoor om proeven op primaten in álle omstandigheden te verbieden en voor een verbod op dierproeven voor de ontwikkeling van alle commerciële producten. Inclusief gezondheidsclaims van bepaalde voedingsstoffen, zoals probiotica, die zuiver wetenschappelijk weinig waarde hebben en enkel een schaamlapje zijn voor een marketingbeleid dat zich beroept op medische kwaliteiten.
En áls dergelijk onderzoek dan al moet gebeuren, dan kan dat best met alternatieve methoden die geen aanslag zijn op de gezondheid van dieren. Dat kunnen bijvoorbeeld computermodellen zijn maar ook weefsel dat werd gekweekt op menselijke cellen en DNA, onderzoeksmethodes
die, ook volgens heel wat wetenschappers, zelfs betrouwbaardere resultaten opleveren dan dierproeven.
Een tweede vraag van Groen! en de Anti Dierproeven Coalitie is het oprichten van een Vlaams interuniversitair kenniscentrum van alternatieven voor dierproeven.
Daarover werd door Groen! zelfs een voorstel neergelegd in het Vlaams Parlement. Het zou van Vlaanderen een koploper kunnen maken op een terrein dat in de toekomst hoe dan ook steeds belangrijker zal worden. Er bestaat ook een publieke basis voor, want tachtig procent van de bevolking gaat akkoord met een verregaand verbod op overbodig experimenteren.
Alleen: zelfs universiteiten, waaronder Leuven, bezondigen zich aan dergelijke proeven, en wie zal er uiteindelijk over oordelen of een wetenschappelijk onderzoek waarvoor men dieren wil
inschakelen al dan niet verantwoord is.
Daarom dringt de Anti Dierproeven Coalitie erop aan dat er werk wordt gemaakt van meer transparantie in verband met het aantal dierproeven dat echt wordt verricht, de kosten en de opdrachtgevers daarvan. Nu moet men zich behelpen met de cijfers die de laboratoria zelf geven, terwijl deze gegevens volgens de Coalitie ook zouden moeten worden opgenomen in een publieke, gecontroleerde database. Bovendien wil de organisatie dat de samenstelling van de ethische commissies die toezien op dierproeven in onze laboratoria wordt herzien, omdat er te veel mensen bij zitten die directe belangen hebben bij dierproeven of bij bedrijven die zich daarmee inlaten.
“Een dergelijke objectivering moet het ook mogelijk maken zelfs binnen het échte medische onderzoek proeven te vermijden die overbodig of overlappend of te wreed zijn”, zegt voorzitter Danny Flies van de Anti Dierproeven Coalitie.
In Groot-Brittannië bestaat al een instelling die research financiert en aanmoedigt naar alternatieven voor onderzoeken die nu op de kap van dieren worden uitgevoerd. “Maar het is een privéorganisatie”, zegt Helder Constantino van het Lord Dowding Fund for Humane Research. “Jaarlijks geven we zo’n 350.000 euro uit aan steun voor onderzoek naar humane alternatieven voor bestaande onderzoeksmethoden. Wij streven naar de realisatie van een dergelijke instelling op staatsniveau, vandaar dat het belangrijk is dit Vlaamse voorstel te steunen. Vlaanderen kan een Europees voorbeeld zijn en een enorme stap forceren naar een
humanere manier om met dieren om te gaan.”
Bestaat dat bewustzijn dan nog niet in politieke kringen?
Helder Constantino: Blijkbaar niet. Of te weinig. Europa heeft nog maar pas 27 miljoen euro toegekend aan een centrum voor dierenonderzoek in Portugal, terwijl in research naar alternatieven hoop en al 2,2 miljoen euro wordt geïnvesteerd. Een Vlaams akkoord zou een
direct signaal zijn dat dergelijk onevenwicht niet meer kan, dat bij het verdelen van middelen wel degelijk rekening moet worden gehouden met ethische aspecten en dat er, hoe langer men dit uitstelt, steeds meer dieren nodeloos zullen afzien en sterven. Bovendien, en dat zou de politieke twijfelaars helemaal over de streep moeten trekken, wordt steeds duidelijker dat proeven die worden uitgevoerd op dieren in veel gevallen een stuk minder efficiënt en betrouwbaar zijn dan alternatieven waar geen dieren aan te pas komen.
Het vasthouden aan dierproeven heeft vooral historische wortels. Experimenten op dieren dateren uit de achttiende en vooral de negentiende eeuw. Toen werden in de universitaire laboratoria proeven uitgevoerd op dieren om bijvoorbeeld nieuwe medicijnen of nieuwe
behandelmethodes voor zware ziekten te testen en bestuderen. In die tijd was het behelpen en waren er wellicht geen of bijzonder weinig alternatieven.
Toch is toen al gebleken dat je met de resultaten van dierentesten voorzichtig moet zijn en dat bepaalde producten die onschadelijk zijn voor dieren, dat daarom nog niet zijn voor mensen.
Of omgekeerd. Dat heeft men moeten leren, maar het is precies dat aspect dat de aanhangers van traditionele dierproeven liefst negeren. Als er voor dierproeven al geen alternatieven bestaan, zou men dus minstens bijzonder actief moeten streven naar het vinden ervan, want de betrouwbaarheid van dierproeven is twijfelachtig.
Elke keer dat men beslist tot een dierproef zou men daar een ernstige analyse moeten laten aan voorafgaan: bestaat er een alternatief, zal de test voldoende efficiënt zijn en is deze proef wel nodig? Er gebeuren in labo’s en aan universiteiten te dikwijls elkaar overlappende onderzoeken op dieren, met alle mogelijke extra leed.
Waarom blijft men bij dierenonderzoek zweren als het zo weinig efficiënt of betrouwbaar is?
Omdat het een systeem is dat zo ingeburgerd is dat veel wetenschappers zich daar geen vragen bij stellen. Nooit gedaan, dus nu ook niet. Hoewel ze niet allemaal zo zijn. Ik ken wetenschappers
die met onderzoeken op dieren zijn gestopt omdat ze er de zin niet meer van inzagen. Of omdat ze er echt van overtuigd waren dat die onderzoeken nergens toe leiden en enkel worden
opgezet om zich te blijven verzekeren van werkingsmiddelen of subsidies.
Al gaat dat ten koste van onnoemlijk dierenleed. Dat vasthouden aan het systeem betekent niet dat het beter zou zijn dan alternatieven. Integendeel.
Toen de Europese Unie dierproeven voor cosmetica verbood, steigerden de grote cosmeticabedrijven. L’Oréal bijvoorbeeld was categoriek tegen.
Dat verbod zou hun handel kelderen, ze zouden niet meer in staat zijn hun labo’s degelijk te runnen en er waren geen alternatieven die de dierproeven konden vervangen. Aldus L’Oréal.
Toch werd het verbod ingevoerd. Blijkt dat de sector op minder dan geen tijd alternatieven heeft gevonden. L’Oréal kocht zelfs het bedrijf Skin-Ethic, een laboratorium dat EpiSkin ontwikkelde en produceert, gekweekte menselijke huidculturen waarop de onderzoeken veel efficiënter kunnen worden uitgevoerd dan op dieren. De mensen van L’Oréal
geven zelfs toe dat het kostenbesparend is. En bovendien verdient het bedrijf nu aan dat product, dat ook aan andere industriële sectoren wordt verkocht.
Dat is drie keer winst: betere testkwaliteit, minder kosten, meer inkomsten.
En wat voor ons het belangrijkste is: géén dierenleed meer.
Eigenlijk is, hoe vreemd dat ook mag lijken, de politiek nu al grotendeels overtuigd, maar het
gros van de wetenschappers moet nog volgen. Dat een aantal grote universiteiten
krampachtig aan dierproeven blijft vasthouden, is in 2009 nog amper te begrijpen. Maar er zit steeds meer beweging in en Vlaanderen zou dat nu een definitief duwtje kunnen geven.
Dikwijls vindt men pas alternatieven als men daartoe wordt gedwongen en daarin kan de politiek de stuwende kracht zijn. Vergelijk het met energie: bestaan er geen alternatieven voor olie?
Wellicht wel, maar decennialang heeft men dat onderzoek geboycot. Nu wordt men voor het eerst echt gedwongen om ernaar te zoeken, en dat onderzoek gaat niet toevallig ook met rasse schreden vooruit.
Jouw organisatie runt de campagne ‘My mate’s a primate’, waarin jullie ageren tegen proeven op apen. Waarom zo’n specifiek doel?
Het heeft niet enkel een grote symbolische waarde - als je een mensaap bezig ziet moet je al blind zijn om niet de verwantschap met de mens te zien -, maar het is een groep die dringend moet worden beschermd, onder meer door het verbieden van testen op primaten. In Azië worden hele populaties bedreigd door jagers die werken voor laboratoria.
Bepaalde apensoorten worden door die handel zelfs in hun bestaan bedreigd.
Bovendien zijn het onmiskenbaar intelligente dieren met een reëel gevoelsleven en worden ze dikwijls gebruikt voor neuropsychiatrische of neurologische onderzoeken, voor tests naar hersenfuncties en dergelijke, en juist veel van die proeven zijn onmenselijk. Bovendien hebben Europese universiteiten, waaronder de studies van professor Paul Furlong, aangetoond dat men aan de hand van geavanceerde menselijke scans efficiënter kan werken. Voor alle duidelijkheid: in Azië leven heel wat apen in steden, maar die worden níet voor proeven gebruikt omdat ze dermate gecontamineerd zijn door milieuen andere vervuiling dat dit de resultaten zou vervormen. Dus rooft men nu de jungle leeg.
Waar men kennelijk niet bij stilstaat is dat, als dergelijke dieren in labo-omstandigheden moeten leven, ook hun lichaamschemie verandert. Dat ook dit onderzoeksresultaten kan misvormen, is van zo’n logica dat wie dit niet wil inzien, écht wel van slechte wil móet zijn.
Maar het gaat ook om een veelomvattender industrie dan enkel labo’s.
We haalden al elementen aan die het vasthouden aan dierproeven in de hand werken, maar naast het wetenschappelijke aspect zijn er ook de dierenvangers en -handelaren, die hun markt te allen prijze willen behouden. Want laten we onszelf niets wijsmaken: een strenger Europees beleid zou al iets zijn, maar ook de rest van de wereld moet meedoen. Ik reken erop dat het Europese voorbeeld de grotere efficiëntie en rentabiliteit
zal aantonen en dat de positieve kosten-batenanalyse ook onderzoekers buiten Europa zal aanzetten tot het kiezen voor alternatieven.
Een terugkerend argument is dat dieren in labo’s veelal beter worden behandeld en een beter leven hebben dan in het wild.
We hebben in het Verenigd Koninkrijk, waar Europees de hoogste normen worden gehanteerd, laboratoria gecontroleerd en de resultaten waren bedroevend.
Dieren leven er zonder daglicht, in kleine kooien, zonder contact met lotgenoten, worden in naam van wetenschap fysiek en mentaal gefolterd. We zien gefrustreerde dieren die zichzelf verminken van verveling en stress en als ze niet kapotgaan aan de proeven,
doen ze dat aan de manier waarop men hen in die centra doet leven. Als men dit in een dierentuin zou doen, zou men die meteen sluiten en de uitbater een proces aandoen.
Nu er een publieke steun voor is, nu steeds meer politici begrijpen waar het om gaat en een stijgend aantal wetenschappers kiest voor alternatieven, wordt het tijd om er wettelijk werk van te maken. Hopelijk speelt Vlaanderen daarin een pioniersrol!
Tekst: Dominique TrachetMeer info bij:
http://www.stopdierproeven.org/
Over de Lord Dowding Fund for Humane Research: http://www.ldf.org.uk/
(Bron: http://www.primo.eu/artikel/deze-week-in-primo-nr-49/)
(Bron foto's: archief Kraaijer)
No comments:
Post a Comment